'Simon zegt...'

Opmerking: dit spel kan je gebruiken als inleiding op het formuleren van afspraken.

Doelen

De kinderen:

  • denken na over het belang van afspraken.
  • ervaren het belang van positief geformuleerde afspraken.

Duur

Tien minuten

Materiaal

(geen materiaal nodig)

Verloop

Leg de kinderen de spelregels van ‘Simon zegt…’ uit:

Ik geef opdrachten voorafgegaan door ‘Simon zegt…’. Enkel dan mag je de opdracht uitvoeren. Wanneer ik een opdracht geef zonder ‘Simon zegt…’ mag je ze niet uitvoeren.

Laat het spel in het begin verlopen zoals normaal: zeg de kinderen wat ze moeten doen, soms voorafgegaan door ‘Simon zegt…’, soms niet. Geef op een bepaald moment enkel nog ‘niet’-opdrachten (bv.: ‘Simon zegt: spring niet,… draai niet,… klap niet in je handen,…’).
Vraag na een aantal niet-opdrachten waarom de kinderen niets doen. Laat hen verwoorden dat je enkel vertelde wat ze niet mochten doen en zij dus niet wisten wat ze wel mochten doen. Dit is voor jou een aanzet naar ‘samen positieve afspraken maken’:

Het is belangrijk te zeggen wat we wél willen zien in plaats van enkel te zeggen wat we niet willen zien. Zo weet je duidelijk wat er van jou verwacht wordt. Dat geldt ook voor de afspraken die we nu gaan maken. We zorgen ervoor dat de afspraak ons zegt wat we wel mogen doen.

Opmerking: Soms zijn positief geformuleerde afspraken vaag. In dat geval heb je meer baat bij een duidelijke, negatief geformuleerde afspraak (bv.: We roepen niet). Probeer toch zo vaak mogelijk afspraken te maken die positief zijn. Het is makkelijker om je te houden aan afspraken als je weet wat je wel mag doen.